Onderzoek toont knelpunten van Brabants openbaar vervoer

DSCF2470vrijdag 12 september 2008 23:28

Bus bedient Brabantse platteland matig

Op vrijdag 12 september hebben de fracties van VVD en ChristenUnie-SGP een onderzoeksrapport van de NEA naar knelpunten in het openbaar vervoer op het Brabantse platteland aangeboden aan de Statencommissie. Het onderzoeksrapport laat duidelijk met concrete cijfers en ervaringen zien dat de reizigers vinden dat de bus het Brabantse platteland maar matig bedient.

Frequentie, aansluitingen op bus en of trein, beperkte reistijden, afwijkingen ten aanzien van de dienstregeling en de afstand tot bushaltes worden als belangrijkste knelpunten ervaren.

Opvallend is dat de frequentie vooral wordt genoemd als probleem door woon-werk reizigers, studenten en ziekenhuisbezoekers. Het blijkt dat meer mensen van het openbaar vervoer gebruik gaan maken als de kwaliteit verbetert.

Het onderzoek is door NEA uitgevoerd in opdracht van het Reizigersoverleg Brabant (ROB). Aanleiding voor dit onderzoek was de vraag van de statenleden Marijke Tsoutsanis (VVD) en Hermen Vreugdenhil (ChristenUnie-SGP). Zij maakten zich zorgen over de kwaliteit van het openbaar vervoer in de landelijke gebieden van Brabant en hebben dit keer op keer onder de aandacht van GS gebracht en verzocht om concreet inzicht. GS heeft daar niets mee gedaan en daarom hebben VVD en ChristenUnie-SGP zich tot het ROB gewend en vragen aangedragen op basis waarvan dit onderzoek is uitgevoerd.

Op grond van dit onderzoek zullen VVD en ChristenUnie-SGP vragen om deze knelpunten binnen het basisvoorzieningenniveau op te lossen. Betere bereikbaarheid van het Brabantse platteland vraagt om meer bussen op meer tijden en betere aansluiting op treinen en andere busverbindingen. De provincie moet niet langer reageren op een afnemende vraag door het aanbod te verkleinen. De provincie moet beginnen met het creëren van een kwalitatief aantrekkelijk aanbod van een op elkaar aansluitend OV-netwerk, om zo de vraag naar openbaar vervoer te stimuleren.

In de eerste plaats is het daarom van belang om een basisniveau OV in het landelijk gebied zodanig te waarborgen dat voor iedereen basisvoorzieningen zoals ziekenhuis, winkelcentra en school toegankelijk zijn.

Daarnaast is het van belang om een aantal specifieke knelpunten zoals in het onderzoek naar voren gekomen aan te pakken en daarmee de kwaliteit van het openbaar vervoer in het landelijk gebied te verbeteren:

  1. Verhoging van de frequentie tijdens de spitstijden, zeker voor woon-werk reizigers en studenten.

  2. Vergroten van de bereikbaarheid van meerdere of andere bestemmingen. Blijkbaar kan men nog niet overal komen en/of staan haltes op de verkeerde locaties. De provincie dient de haltelocaties kritisch te onderzoeken.

  3. Op werkdagen wordt in de regel te vroeg gestopt met de dienstregeling. Met name voor woon-werk reizigers dient de dienstregeling opgerekt te worden.

  4. Doordat buurtbussen in het weekend veel minder rijden is het platteland in het weekend slechts marginaal ontsloten. De weekend-dienstregeling dient verbeterd te worden.

  5. De buurtbus dient qua materieel toegankelijk te worden voor minder validen.

 

 

Daarnaast is het van belang dat:

  1. de provincie de verantwoordelijkheid neemt bij de afstemming van dienstregelingen van de verscheidene OV aanbieders zodat de aansluiting op bus en of trein verbeterd wordt.

  2. de provincie reizigers in het landelijk gebied een aansluitgarantie biedt indien hij de aansluiting buiten zijn schuld om mist. Want als een reiziger in het landelijk gebied de aansluiting mist moet hij vaak een uur of meer wachten op de volgende bus.

 

Gekoppelde documenten
TitelBestandsgrootteMIME-type
Rapport knelpunten OV in het landelijk gebied5,2 MBapplication/pdfdownload

« Terug

Archief > 2008 > september

Geen berichten gevonden